Home

Financiën

Drie begrippen staan centraal in een beschrijving van de financiële positie: structureel begrotingsevenwicht,
weerbaarheid en wendbaarheid van de begroting. De genoemde elementen hebben zich positief ontwikkeld ten opzichte van de vorige begroting.

Structureel begrotingsevenwicht
Het is een taak van de gemeenteraad om toe te zien dat de begroting structureel en reëel in evenwicht is. Niet alleen het begrotingssaldo per jaar is van belang maar ook het inzicht in structurele baten en lasten. In "Bijlage 1G - Overzicht incidentele baten en lasten" is het overzicht van incidentele baten en lasten opgenomen. Voor het jaar 2026 geldt dat, wanneer we de begroting schonen voor incidentele baten en lasten, de structurele lasten gedekt worden door structurele baten. Als gevolg van het opgeschoven ravijn is er vanaf 2028 geen sprake meer van een structureel evenwicht. Zonder aanvullende financiële middelen van het Rijk is het reëel te veronderstellen dat vanaf dat jaar wederom ombuigingen noodzakelijk zijn om een sluitende begroting te kunnen opleveren.

Weerbaarheid van de begroting

Tabel 5.2.1 - Kengetallen

Bedragen x € 1 miljoen

Ratio weerstandsvermogen,
reeks staat in tijdsvolgorde

PB 2023

PR 2022

PB 2024

PR2023

PB2025

PR2024

PB2026

Norm

A. Beschikbare buffers

81

94

98

101

90

110

103

B. Nodig voor opvangen risico's

20

23

26

21

21

22

22

Ratio (A/B)

4,0

4,0

3,8

4,8

4,2

5,0

4,7

> 0,8

Tabel 5.2.2

Bedragen x € 1 miljoen

Algemene reserve 31-12

2020

2021

2022

2023

2024

2025

2026

2027

2028

2029

Programmarekening

26

46

65

87

74

Prognose begroting 2026-2029

67

60

34

32

30

Norm: Bodem van € 10 miljoen in het laatste jaar van het meerjarenperspectief.

De indicatoren die we gebruiken voor het meten van de weerbaarheid van de begroting scoren goed, de weerstandsratio zelfs uitstekend. De algemene reserve laat overigens wel een toekomstige daling zien, voornamelijk als gevolg van de keuze om in 2027 een bedrag van € 25 miljoen te doteren aan de reserve Omgevingsvisie. Zie voor meer details "6.1 Weerstandsvermogen en risicobeheersing."

Wendbaarheid van de begroting

Tabel 5.2.3 - Kengetallen Programmabegroting 2026-2029

Omschrijving

Verloop van de kengetallen

PB 2025

PR 2024

PB 2026

MJB 2027

MJB 2028

MJB 2029

Netto schuldquote

80%

43%

70%

89%

84%

84%

Gecorrigeerde netto schuldquote

71%

32%

63%

82%

83%

79%

Solvabiliteitsratio

25%

37%

27%

23%

24%

24%

Structurele exploitatieruimte

1%

3%

0%

1%

-1%

-0%

Grondexploitatie

15%

15%

10%

8%

9%

9%

Belastingcapaciteit *

89%

85%

88%

88%

88%

88%

* Het cijfer Belastingcapaciteit vanaf 2026 geeft een vertekend doordat bij de berekening geen rekening mag worden gehouden met stijging van de landelijke woonlasten (zie toelichting hoofdstuk 6.1 Weerstandsvermogen en risicobeheersing)

Met uitzondering van de structurele exploitatieruimte vanaf 2028 blijven we binnen de vastgestelde normwaarden. Het kengetal structurele exploitatieruimte is als gevolg van het opschuiven van het ravijn negatief vanaf 2028. De omslag naar een negatief bedrag heeft te maken met een hogere onttrekking uit de algemene reserve in deze jaren, ter dekking van structurele lasten in de begroting.
Voor meer details over de kengetallen, zie "6.1 Weerstandsvermogen en risicobeheersing".

Deze pagina is gebouwd op 10/01/2025 14:20:53 met de export van 10/01/2025 14:04:27