Het financieren van investeringen vergt beschikbaarheid van financieringsmiddelen. Dit brengt rentekosten met zich mee. Deze financieringsmiddelen bestaan uit interne middelen (reserves en voorzieningen) en externe middelen (externe leningen, zowel kort als lang). Bij externe financieringsmiddelen is sprake van veranderende rentepercentages omdat enerzijds de rentestand fluctueert en anderzijds de periode van beschikbaarheid van het financieringsmiddel van invloed is.
We passen totaalfinanciering toe, waardoor rentekosten niet direct gelinkt worden aan individuele investeringen. Totaalfinanciering houdt in, dat tegenover het totaal van alle investeringen, het totaal aan beschikbare financieringsmiddelen staat.
Om de rentekosten toe te kunnen rekenen aan de programma's en projecten wordt gewerkt met het renteomslagpercentage. Het toepassen van een renteomslag is een wettelijk vereiste conform BBV als een gemeente - zoals gemeente Ede - totaalfinanciering toepast.
In de vorige begroting werd gerekend met een renteomslagpercentage van 2,30%. Dit is in de Perspectiefnota 2026-2029 bijgesteld naar 1,80%.
Onderstaande tabel geeft het verloop van het op basis van de begroting geraamde renteomslagpercentage ten opzichte van het genormeerde renteomslagpercentage van 1,80%.
Tabel 6.4.2 | ||||
---|---|---|---|---|
Overzicht renteomslagpercentage per 1 januari | 2026 | 2027 | 2028 | 2029 |
Genormeerde renteomslagpercentage | 1,80% | 1,80% | 1,80% | 1,80% |
Geprognotiseerde renteomslagpercentage | 1,75% | 1,70% | 1,61% | 1,49% |
Verschil | 0,05% | 0,10% | 0,19% | 0,31% |
De cijfers in de tabel zijn gebaseerd op aannames over de hoogte van de rente en de invulling van de financieringstekorten met reserves en externe leningen (kort en lang).
Het renteomslagstelsel is verplicht voorgeschreven op grond van de BBV. Als in een jaar de werkelijke gerealiseerde rentelasten (in Euro’s) die over een jaar aan taakvelden hadden moeten worden doorbelast afwijken van de in de begroting geraamde rentelasten (in Euro’s) die aan de taakvelden zijn toegerekend, dan kan de gemeente besluiten tot correctie. De correctie is verplicht als de afwijking groter is dan 25%.
In de volgende tabel is de berekening van het renteresultaat op de renteomslag opgenomen.
Tabel 6.4.3 | Bedragen x € 1.000.000 | ||||
---|---|---|---|---|---|
Renteschema | 2026 | 2027 | 2028 | 2029 | |
a. De externe rentelasten korte en lange financiering | + | 8,6 | 9,3 | 9,0 | 8,0 |
b. De externe rentebaten | - | 1,5 | 1,4 | 1,3 | 1,2 |
Saldo rentelasten en rentebaten | = | 7,1 | 7,9 | 7,7 | 6,8 |
c1. De rente aan de facilitaire grondexploitaties | - | 0,0 | 0,0 | 0,0 | 0,0 |
c2. De rente van de projectfinanciering | - | 0,0 | 0,0 | 0,0 | 0,0 |
c3. De rentebaat van doorverstrekte leningen | + | 0,0 | 0,0 | 0,0 | 0,0 |
Saldo toe te rekenen rente | = | 0,0 | 0,0 | 0,0 | 0,0 |
Aan taakvelden toe te rekenen externe rente | = | 7,1 | 7,9 | 7,7 | 6,8 |
d1. Rente over het eigen vermogen | + | 1,0 | 1,1 | 1,1 | 1,1 |
d2. Rente over de voorzieningen | + | 1,1 | 1,0 | 1,0 | 0,9 |
Saldo (inflatie)rente reserves en voorzieningen | = | 2,1 | 2,1 | 2,1 | 2,0 |
Totaal aan taakvelden toe te rekenen rente | = | 9,2 | 10,0 | 9,8 | 8,8 |
De aan taakvelden toegerekende rente (1,8%) | - | 9,4 | 10,5 | 10,9 | 10,6 |
Renteresultaat op taakveld Treasury | = | 0,2 | 0,5 | 1,1 | 1,8 |
Voor deze tabel geldt dezelfde opmerking als bij de tabel voor de renteomslag, deze is gebaseerd op aannames over de rente en invulling van het financieringstekort met reserves en externe leningen. Binnen de werking van onze begroting hebben we een buffer om schommelingen tussen de werkelijke rente en de intern doorbelaste rente op te vangen.