Organisatie
Organisatieontwikkeling - Van Ede in Beweging naar continue ontwikkeling
De gemeente Ede beschikt over een ambtelijke organisatie waar we trots op zijn. Betrokken en loyale medewerkers zetten zich dagelijks in voor hoogwaardige dienstverlening aan burgers, ondernemers en instellingen, en werken aan het realiseren van de ambitieuze doelstellingen van de samenleving en het gemeentebestuur. Om ervoor te zorgen dat medewerkers efficiënt en effectief kunnen blijven werken in een continu veranderende omgeving, is voortdurende organisatieontwikkeling essentieel.
Vanaf 2021 werkt Ede als volgt aan de ontwikkeling van haar organisatie.
Volgende fase van organisatieontwikkeling
In 2024 en 2025 hebben de verschillende organisatieonderdelen volgens de uitgangspunten Ede in Beweging en Realisatiekracht ontwikkelplannen gemaakt. Deze ontwikkelplannen hebben betrekking op verandering in sturing en inrichting en beschrijven de benodigde ontwikkeling van medewerkers. Met de middelen vanuit Realisatiekracht is de basis van de organisatie op orde gebracht.
In 2026 verschuift het zwaartepunt naar medewerkersontwikkeling. Hier komt de opdracht voor de organisatie vanuit het ombuigingentraject bij. Om invulling te geven aan een deel van de taakstellende bezuinigingsopdracht "Organisatie en Efficiency" verandert de systematiek van begroten voor personeelsbudgetten ('max-1 methodiek') en dat vraagt van organisatie om een intensivering van sturen op talent en doorstroom. Ede komt in een volgende fase van organisatieontwikkeling.
In 2026 ligt de focus op:
- Medewerkersontwikkeling (Ambtelijk vakmanschap).
- Verdere ontwikkeling van de bedrijfsvoeringsorganisatie.
- Evalueren en bijstellen op basis van monitoring.
Medewerkersontwikkeling
In 2026 implementeren wij de structuurwijzigingen die volgen uit de gemaakte ontwikkelplannen. Belangrijkste factor in een gemeentelijke organisatie is de mens, de medewerker. Voor veel medewerkers betekent de nieuwe inrichting een nieuwe manier van werken. Dat vraagt verandering van werkroutines, houding en gedrag. Dat gaat niet vanzelf, dus daarbij is ondersteuning nodig en dit is een proces dat meerdere jaren nodig heeft om duurzame verandering te bewerkstelligen.
De focus van organisatieontwikkeling ligt vanaf 2026 dan ook op de medewerkers. Onder de noemer “Ambtelijk vakmanschap” wordt gewerkt aan het versterken van de talenten, competenties, vaardigheden en werkhouding van medewerkers, in lijn met de uitgangspunten voor een toekomstbestendige organisatie.
Het ontwikkelcentrum Groei helpt deze ontwikkelvraag scherp te krijgen en in te vullen. Wij zetten hierbij in op ontwikkelen in het dagelijks werk. In het leiderschapsprogramma ondersteunen we leidinggevenden in het ontwikkelen van hun veranderkundige vaardigheden.
Ontwikkeling van de bedrijfsvoeringsorganisatie
Ede heeft een solide en degelijke bedrijfsvoeringsorganisatie. Deze koesteren wij, het is een belangrijke randvoorwaarde voor onze dienstverlening, ondersteuning aan het bestuur en financiële positie. We leven in een tijdperk van veranderingen. Dat vraagt om voortdurend alert zijn of we nog de juiste dingen op de juiste manier doen; een adaptieve organisatie die in staat is zich gemakkelijk/ vloeiend aan te passen als de context verandert.
Adaptief werken vraagt van een bedrijfsvoeringsorganisatie naast solide en degelijke bedrijfsvoering meer dan ooit om in staat te zijn snel opeenvolgende maatschappelijke, politieke, technologische en andere ontwikkelingen te vertalen naar de context van Ede, de impact te kunnen inschatten, leidinggevenden hierover proactief adviseren en samen met hen deze ontwikkelingen te vertalen naar gevolgen voor het organisatieonderdeel. Dit vraagt om verdere ontwikkeling van de bedrijfsvoeringsorganisatie.
Evalueren en monitoren van de ontwikkelingen
De organisatieontwikkelingen die zijn ingezet hebben als doel de organisatie te verbeteren en toekomstbestendig te maken. Deze ontwikkelingen bestrijken meerdere jaren. In 2025 is gestart met het ontwikkelen van instrumenten voor monitoring om het effect op het behalen van deze doelen te meten zodat tijdig kan worden bijgestuurd wanneer dit nodig is. Mogelijk leidt dit tot een vervolg in 2026. Ook bezien wij in 2026 wanneer het nuttig is opdracht te verstrekken voor een nieuwe benchmark.
Personeel
Personeel vormt de cruciale factor van de organisatie. De volgende aspecten zijn daarbij altijd van belang en richten wij ons beleidsmatig op.
Formatie en salarislasten
Voor de Programmabegroting 2026-2029 is een formatie voorzien van 1050 fte. Hier hoort een loonsom bij van € 102.095.317. In dit bedrag is de maatregel 'max-1 methodiek' verwerkt. Dit houdt in dat er niet meer begroot wordt op de maximale trede van een loonschaal, maar 1 trede lager: trede 10.
De bezetting Personeel in loondienst (PIL) op 1-7-25 was: 1.047 (1178 medewerkers).
Werving en Selectie/Boeien en Binden medewerkers
Betrokken medewerkers willen we graag behouden. Niet alleen vanwege het behoud van kennis, netwerk en professie, maar ook vanwege de krapte op de arbeidsmarkt en om vacatures voor sleutelposities te kunnen vervullen met intern talent.
Onze eigen medewerkers zijn kostbaar. We vragen echter veel van onze medewerkers en dit moet zoveel mogelijk in evenwicht zijn met wat wij onze medewerkers bieden. Het is dus belangrijk dat we de doorgroei- en ontwikkelmogelijkheden gaan verbeteren.
Daarnaast gaan wij in 2026 door met het uitvoering geven aan de arbeidsmarktstrategie gericht op specifieke doelgroepen.
Inhuur
De gehanteerde cijfers en percentages voor inhuur betreft de externe inhuur door de gemeente exclusief de externe inhuur voor werkzaamheden voor verbonden partijen.
Voor het percentage bij de indicatoren op Programma 8 wordt uitgegaan van de cijfers uit de Vensters voor Bedrijfsvoering (= de cijfers van gemeenten met meer dan 100.000 inwoners). De streefwaarde voor 2026 is 16,3%.
Tabel 6.5.1 - Ontwikkeling inhuur in cijfers | Bedragen x €1.000 | |
Totaal | Exclusief inhuur derden | |
Totaal 2025* | 13.271 | 11.953 |
Totaal 2024 | 18.140 | 16.650 |
Totaal 2025 | 20.043 | NB |
* Betreft de prognose van mei 2025. De praktijk leert dat dit bedrag in de loop van het jaar stijgt.
Ziekteverzuim
De afgelopen jaren is een intensief traject gevolgd met directie, management en medewerkers met betrekking tot inzetbaarheid en ziekteverzuim. Sindsdien zien we het ziekteverzuim dalen en ondanks de kleine stijging zitten we ruim onder het percentage van andere 100.000+ gemeenten. We blijven in 2026 onverminderd inzetten op de ingezette verzuimaanpak.
Tabel 6.5.2 - Ziekteverzuim | |||||
Jaar | 0-7 dagen | 8-42 dagen | 43 - 365 dagen | > 365 dagen | Totaal |
---|---|---|---|---|---|
2025* | 0,6 | 0,5 | 2,7 | 1,3 | 5,2 |
2024 | 0,6 | 0,5 | 2,2 | 1,4 | 4,8 |
2023 | 0,6 | 0,5 | 2,7 | 1,6 | 5,5 |
2022 | 0,9 | 0,8 | 3,3 | 1,7 | 6,7 |
2021 | 0,4 | 0,5 | 3,2 | 2,0 | 6,1 |
2020 | 0,6 | 0,7 | 2,3 | 0,8 | 4,4 |
2024 100k+ gemeenten | 0,7 | 0,8 | 3,0 | 1,7 | 6,2 |
* Stand juli 2024 - juni 2025. |